Lex  Herrebrugh

 Interview  met Top functionaris   ex-NIS  Bondsdirecteur en   ex-SG van WOVD  

" Zitvolleybal als gewone sport op de Olympische Spelen "

Stel jezelf even voor. Wie ben je/ en wat doe je?
Ik ben Lex Herrebrugh en ik was van 1979 tot en met 1988 directeur van de Nederlandse Invaliden Sportbond. Ik was daarvoor Hoofd Opleidingen bij de Nederlandse Volleybal Bond, Nevobo van 1976 tot 1979. Tijdens mijn middelbare schoolopleiding werd ik gegrepen door het volleybalvirus en dat is nooit meer weggegaan. Het is gelukkig een onschuldig virus. Wij speelden met Kateekers uit Hengelo in de hoofdklasse Oost van de Nevobo en als jeugdteam hebben we ook nog meegestreden om de landstitel. Tijdens mijn opleiding aan de Academie voor Lichamelijke Opvoeding kwam ik in contact met Arie Klapwijk, onze docent physiologie en tevens directeur van de Johanna Stichting, waar toen ook een nieuw dorp voor mensen met een beperking werd gerealiseerd (open het dorp, inzamelingsactie op TV, samen met Mies Bouwman). De keuze om voor de NIS te gaan werken kwam dus in wezen voort uit mijn periode als student aan de CALO. Ik ben nu 75 jaar, heb het volleybal vaarwel gezegd en probeer nu mijn balvaardigheid op peil te houden op de golfbaan.
Jouw pakket was alles in een Nationale Bond voor alle sporten. Zeer uitgebreid en erg complex zoveel verschillende sporten.
Ja, de NIS was een zeer complex verhaal. in mijn tijd was er nog geen sprake van werkelijke interesse bij de valide bonden om over te gaan tot integratie dus de NIS was een vergaarbak van atletiek, zwemmen, zitvolleybal, rolstoelbasketbal, goalbal, diverse wintersporten. Tot overmaat van ramp hadden we ook nog te maken met vier verschillende internationale sportorganisaties (ISMGF, ISOD, CP-ISRA en IBSA) waar onder anderen contributies moesten worden betaald. Nodeloos ingewikkeld en niet efficiënt. Gelukkig ontstond na mijn periode het IPC en werd alles een stuk overzichtelijker.
Op grond van jouw ervaringen en contacten heeft het Bestuur van de WOVD  jou benaderd voor een Bestuursfunctie. I
Ik ben van 1996 tot en met 2006  Secretary- General geweest van het bestuur van de WOVD, dat zich alleen bezighield met volleybal voor gehandicapten. Zowel staand als zitvolleybal. Alhoewel staand volleybal niet de juiste omschrijving is, want die tak van sport houdt zich volledig aan dezelfde regels voor het volleybal in de zaal, dus een veld van 18 bij 9, nethoogte van 2.43 en 6 tegen 6. Doordat steeds minder landen deze vorm van volleybal gingen beoefenen besloot het IPC om deze vorm met ingang van 2004 te schrappen van het Paralympisch programma. Binnen de WOVD ontstond nogal wat beroering over deze beslissing, maar we hadden geen harde argumenten om daartegen in beroep te gaan. Dus verder met zitvolleybal.
Welke posities heb je nog meer bekleed en hoe heb je de internationale ontwikkelingen ervaren.
Mijn laatste functie als professional was die van Regional Manager Europa van de Internationale Diabetes Federatie, gevestigd in Brussel, en daardoor hebben we in totaal nog 13 jaar in België gewoond
Aan welke internationale Evenementen heb je bijzondere herinneringen.
Met name de Paralympics in Sydney, Australië en die van Athene, Griekenland staan nog op mijn netvlies.
Hebben de internationale classificaties voor zitvolleybal met betrekking tot de IPC -code veel tot onbegrip en protesten geleid ?
Zitvolleybal is een sport op zich en is niet te vangen in medische classificaties. Het kan zowel door niet gehandicapten als door gehandicapten beoefend worden.  Om het heel boud te zeggen: met twee benen ben je zwaarder gehandicapt dan zonder, dus waar hebben we het over?
De NIS sporten zijn in de loop der jaren ondergebracht bij de Validen Bonden. Vind je dat een goede zaak en volg je de ontwikkelingen nog ?
Ja, vanuit het gegeven dat sportbonden de taak hebben om hun tak van sport aan te bieden aan alle mensen, gehandicapt of niet, moet de volleybalbond zich bezighouden met zitvolleybal en daar structureel menskracht en middelen voor beschikbaar stellen.
Dit jaar spelen wij 65 jaar Zitvolleybal in Nederland. Hiervan heb jij vele jaren meegekregen en aan bijgedragen.  Hoe kijk je aan tegen het internationale succes van Zitvolleybal .
Vorig jaar gekozen als de meest Populaire Paralympische sport. Volledig terecht dat zitvolleybal zo populair is geworden. Het is attractief, snel en uitstekend geschikt om te beoefenen door een ieder.
De vreemde mix bij Zitvolleybal. Validen en gehandicapten in één team. Hoe kijk jij tegen die ontwikkeling aan, ook internationaal .
De focus ligt nu ook op velen die de reguliere sport verlaten door leeftijd of blessure. Zoals hierboven omschreven ondersteun ik deze ontwikkelingen van ganser harte. de evolutie is pas ten einde als zitvolleybal ook als reguliere sport wordt erkend, zowel nationaal als ook internationaal. Dus als gewone sport op de Olympische Spelen.
Heb je een toekomst wens voor Zitvolleybal of nog enige goede adviezen ?
Volhouden en doorgaan binnen World Paravolley en goede contacten onderhouden of blijven onderhouden met het IOC.
 

 

 
© Copyright ZitvolleybalNederland